2e lijn Beleid geplande opname ziekenhuis

U bevindt zich hier: Home | Werkafspraken | Transmurale afspraken | Verstandelijke beperking bij patienten - RTA ZO Brabant | 2e lijn Beleid geplande opname ziekenhuis

2e lijn Beleid geplande opname ziekenhuis

Beleid bij geplande opname in het ziekenhuis (9)

Familie/wettelijk vertegenwoordiger (10):

  • Is verantwoordelijk voor de begeleiding van de patiënt tijdens opname;
  • Is bij wilsonbekwame patiënt de gesprekspartner namens de patiënt;
  • Indien begeleiding door naasten niet mogelijk is of persoonlijke begeleiding vanuit de woon-/zorginstelling gewenst is, dan wordt in onderling overleg een regeling getroffen.

Huisarts of AVG:

  • Bij complexe patiënten: neemt contact op met de medisch specialist en geeft aan dat het een patiënt met een verstandelijke beperking betreft, en of er bijzondere behandeling of begeleiding nodig is;
  • Neemt bij complexe patiënten contact op met een vaste contactpersoon in het ziekenhuis die begeleiding en preventie van bijv. gedragsproblemen op zich neemt (11);
  • Vermeldt in overdracht dat er contact is geweest met contactpersoon/afdeling;
  • Draagt zorg voor de medische overdracht naar de behandelend specialist;
  • Draagt zorg voor een actuele medicatielijst met daarop vermeld allergieën en medicatie interacties;

Begeleider uit woon-/zorginstelling:

  • Draagt zorg voor overdragen van persoonlijke informatie en een mondelinge verpleegkundige overdracht (6);

Bij grote/complexe operaties wordt daarnaast:

  • Door de AVG een preoperatief MDO georganiseerd, vaak met familie, met eventuele betrokkenheid van de medisch specialist voor de intramurale patiënten; met als doel het bezoek aan het ziekenhuis optimaal te laten verlopen;
  • Bij vragen tijdens de preoperatieve screening van de anaesthesie eventueel een AVG betrekken (12).

Tijdens de opname is een consult door de AVG altijd mogelijk, zie bijlage.

NB. Gebaseerd op huidige wet- en regelgeving geldt dat begeleiding vanuit de zorginstelling bij ziekenhuisopname was voorheen lastig, omdat de financiering tijdelijk stopte bij opname. Dit is teruggedraaid, waardoor er financieel (beperkte) mogelijkheden zijn indien begeleiding vanuit de instelling gewenst is.

Transferverpleegkundige/verpleegkundige van de afdeling:

  • Stemt af of de nazorg thuis of in de instelling kan worden geboden.

Medisch specialist:

  • Stelt in overleg met familie/begeleiding een voorlopige ontslagdatum vast, zodat er voldoende tijd is om (verpleegkundige) nazorg, hulpmiddelen en therapie te regelen;
  • Neemt voorafgaand aan het ontslag hierover contact op met de verwijzer;
  • Heeft een ontslaggesprek waarbij aanwezig familie/begeleiding en stelt contactgegevens beschikbaar voor eventueel noodzakelijk contact achteraf;
  • Geeft voorlopige ontslagbrief en de actuele medicatielijst mee aan familie/begeleiding;
  • Verstuurt de ontslagbrief naar de verwijzer.
NB. Bij Dagopname vindt reeds tijdens het polikliniekbezoek aan de behandelend arts, overleg plaats of de nazorg thuis / in de woon-/zorginstelling kan worden geboden en wat daarvoor eventueel moet worden geregeld. Dit is een onderdeel van het besluitvormingsproces en bespreekpunt.


(6) Zie toelichting.
(9) Ziekenhuizen hebben soms mogelijkheden voor verblijf als de familie ver moet reizen en onvoldoende middelen
heeft.
(10)Voor cliënten die niet in een instelling verblijven, is er een Wegwijzer beschikbaar, met tips en aandachtspunten
voor polibezoek/ziekenhuisopname, te vinden op de website Platform VG ZOB
(11)Dit verschilt per ziekenhuis: zie bijlage.
(12)Bij het Elkerliek ziekenhuis ook het voorzorgteam.