Screening

Screening

Fundusscreening vindt bij voorkeur plaats d.m.v. een fundusfoto, omdat dit de meest sensitieve
methode is om diabetische retinopathie te kunnen vaststellen.


1e screening

Diabetes

  • Bij DM 1, DM2 (en LADA, MODY, mitochondriale       
    diabetes, pancreasaandoeningen etc.)
    • screening: < 3 maanden na diagnose
  • Zwangere vrouwen met bestaande diabetes
    • screening
      • bij 1e zwangerschapscontrole
      • indien er geen retinopathie wordt
        vastgesteld, dient de screening herhaald
        te worden bij een zwangerschapsduur
        van 28 weken
  • DM patiënten met langdurig hoog HbA1c (> 86
    mmol/mol) van wie het HbA1c snel daalt bijv. bij
    de start met insulinetherapie
    • screening: extra retinopathie screening

Bij (mogelijk) langdurig bestaande sterk verhoogde bloedglucosewaarden (HbA1c > 86 mmol/mol) moet controle van de fundus plaatsvinden vóór eventuele instelling op insuline (tenzij dit korter dan een jaar geleden gedaan is en er toen geen afwijkingen waren). Overleg bij afwijkingen met de oogarts.


Bij ouderen met diabetes is navolgende beleid afgesproken:

  • Bij niet-kwetsbare ouderen: screening voortzetten
  • Bij kwetsbare ouderen, bij 80+ met veel comorbiditeit of bij korte levensverwachting (arbitrair: <5 jaar) en geen retinopathie: screening in overleg met patiënt stoppen
  • Bij oogheelkundige klachten: verwijzen naar de oogarts