Lumbosacraal Radiculair Syndroom - RTA ZO Brabant

U bevindt zich hier: Home | Werkafspraken | Transmurale afspraken | Lumbosacraal Radiculair Syndroom - RTA ZO Brabant

Lumbosacraal Radiculair Syndroom - RTA ZO Brabant

Doelstelling

Afstemming beleid rond diagnostiek, behandeling en verwijzing bij patiënten met een Lumbosacraal Radiculair Syndroom (LRS) tussen huisarts, fysiotherapeut en neuroloog.

Definitie

Lumbosacraal radiculair syndroom (LRS): radiculaire pijn in één been, al dan niet met andere prikkelingsverschijnselen en neurologische uitvalsverschijnselen van de aangedane lumbosacrale zenuwwortel(s). LRS gaat vaak gepaard met lagerugpijn, maar beenklachten staan op de voorgrond. Typerend voor radiculaire pijn is uitstraling in één been, meestal tot in het onderbeen, scherp van karakter, gelokaliseerd in het verzorgingsgebied van betreffende zenuwwortel ( dermatomaal patroon ). De oorzaak van LRS is irritatie van of compressie op de zenuwwortel, meestal door een discushernia.

Uitgangspunten

  • Deze RTA is bestemd voor de uitvoering van het conservatieve beleid door huisartsen en fysiotherapeuten gedurende de eerste 6-8 weken bij patiënten met het LRS en zo nodig, aansluitend het verkorte traject in het ziekenhuis.
  • De RTA sluit aan bij de NHG standaard LRS (2005) en de CBO multidisciplinaire richtlijn Lumbosacraal Radiculair Syndroom (2008). Op het punt van de pijnbestrijding staat de RTA een actiever beleid voor dan de NHG standaard.
  • Klinisch onderzoek door huisarts is toereikend om het beleid te bepalen.
  • Bij een vermoeden van LRS schakelt de fysiotherapeut altijd de huisarts in vanwege medicamenteuze pijnbestrijding.
  • Patiënten kunnen al langere tijd klachten hebben, maar de huisarts of fysiotherapeut niet hebben geraadpleegd. De huisarts of fysiotherapeut weegt dit mee in de bepaling van de ingangstijd van de 6-8 weken.