Evaluatie gebruik D-dimeertest in de huisartspraktijk

U bevindt zich hier: Home | Evaluatie gebruik D-dimeertest in de huisartspraktijk

Evaluatie gebruik D-dimeertest in de huisartspraktijk

d dimeer

In de eerste maanden van 2014 heeft Martijn Derks, geneeskundestudent aan de Radboud Universiteit Nijmegen, in opdracht van de werkgroep Diep Veneuze Trombose en Longembolie een onderzoeksstage uitgevoerd bij Quartz. Martijn heeft het gebruik van de D-dimeer Point-of-Care-test (POCT) en het protocol DVT in de regio Helmond onderzocht. Hiervoor zijn negentien huisartsen, twaalf gebruikers en zeven niet-gebruikers van de POCT geïnterviewd. De belangrijkste conclusie is is dat veel huisartsen de test naar tevredenheid gebruiken, en dat nog meer winst te halen in de communicatie en scholing.

Resultaten

Uit de analyse van de aanvraaggegevens DVT over 2013 bleek dat van de 282 patiënten, van wie de huisarts een D-dimeertest had gebruikt en een DVT rapportageformulier had ingestuurd, bij 184 patiënten geen echo nodig was om DVT uit te sluiten, vanwege een lage ELBR score en een negatieve D-dimeer test. In de uitkomsten is te lezen dat huisartsen om uiteenlopende redenen afweken van het protocol of het niet gebruikten.

Voordelen van de POCT en DVT-protocol

  • Patiënt hoeft minder vaak naar het ziekenhuis voor een D-dimeer of evt. voor een echo.
  • Besparing van groot aantal echo’s worden bespaard (dit geldt zowel voor de POCT, als voor een D-dimeerbepaling door het lab).
  • De POCT geeft snel een uitslag, dus is het vervolgtraject snel duidelijk.
  • De huisarts kan een groot deel van de diagnostiek zelf in de eigen praktijk uitvoeren.
  • Er is wetenschappelijk bewijs dat het protocol veilig is in het uitsluiten van DVT.
  • Samenwerking en meedenken door het AKL en de afdeling Radiologie in de diagnostiek wordt als positief ervaren.

Nadelen en valkuilen

  • Atypisch verlopende gevallen kunnen mogelijk over het hoofd worden gezien, wanneer er te veel focus ligt op het strikt volgen van een protocol.
  • Onbekendheid van de huisarts met de testeigenschappen of het protocol. Bijvoorbeeld wanneer geeft een D-dimeeruitslag meer informatie?
  • Mogelijk niet juist interpreteren of scoren van de items van de ELBR.
  • De test kan vaker worden uitgevoerd dan noodzakelijk is, omdat de test in de praktijk gemakkelijk beschikbaar is.

Redenen waarom huisartsen soms bewust afwijken van het protocol

  • Als klachten terugkomen na aanvankelijk een negatieve D-dimeeruitslag  of er is een eerder doorgemaakte DVT, dan vraagt een huisarts soms direct een echo aan.
  • De huisarts vraagt soms geen echo aan omdat hij op basis van zijn klinische blik de verdenking op DVT toch laag inschat.
  • Echo is aangevraagd in een ander ziekenhuis, deze gegevens zijn dan iet bekend in het Elkerliek.
  • Onvoldoende bekendheid met het protocol, nieuwsgierigheid naar de uitslag, of de test is gemakkelijk ter beschikking  en wordt meerder gebruikt.

Redenen waarom sommige huisartsen geen D-dimeer POCT gebruiken

  • Het ziekenhuis is dichtbij de praktijk, en de huisarts kiest dan voor bepaling in het laboratorium van het ziekenhuis.
  • DVT komt weinig voor in de praktijk en het is daarom moeilijk om de vaardigheid voor de test te behouden.
  • Het (te) vaak gebruiken van de D-dimeer POCT, omdat deze beschikbaar is, zou misschien juist leiden tot meer echodiagnostiek dan nodig, op basis van fout-positieve D-dimeeruitslagen.
  • De huisarts is onbekend met de test.

Andere uitkomsten

  • De test is sinds begin 2014 ook beschikbaar op de Huisartsenpost Helmond. Op het moment van de interviews was hiermee nog geen ervaring opgedaan door de bevraagde huisartsen.
  • Door sommige assistenten werd de uitvoering van de test nog als lastig ervaren. Met name wanneer DVT weinig voorkomt in de praktijk.
  • Vanaf begin januari 2014 is ook een protocol voor longembolie beschikbaar, waarbij een POCT D-dimeer kan worden gebruikt. Een aantal van de geïnterviewde huisartsen gaf aan al voor het verschijnen van dit protocol de D-dimeer POCT te gebruiken bij de verdenking op longembolie.
  • Het speciale aanvraag- en rapportageformulier DVT wordt goed gebruikt voor het aanvragen van een nieuwe test. Het werd nauwelijks gebruikt  voor de aanvraag van een echo. Reden was vaak het gebruik van een ander formulier of  door ZorgDomein .

Belangrijkste aanbevelingen en acties

  • Optimaliseren van de communicatie, voorlichting en scholing rond het protocol en de test: de jaarlijkse scholing voor de praktijkassistenten wordt voortgezet.
  • De eigenschappen van een test en de plaats ervan binnen de klinische besluitvorming benoemen bij scholingsbijeenkomsten: onderzocht wordt of er meer aandacht voor dit onderwerp kan komen tijdens huisartsenscholingen.
  • Optimaliseren van het formulier en de aanvraagmogelijkheden via ZorgDomein.

Alle documenten rond het protocol zijn te vinden op de website van Quartz.

Het complete verslag is op aanvraag te verkrijgen bij Janny Wildschut,  onderzoeks-/ beleidsmedewerker Quartz,e-mail: jwildschut@elkerliek.nl

Hieronder volgt de procedure rond het aanvragen van een nieuwe test en aanvraag echo:

  • Het formulier dient te worden gebruikt voor aanvraag van een nieuwe test, en voor de aanvraag van een echo.
  • Een echo aanvragen kan na een telefonische afspraak door de huisarts.
  • De huisarts kan het formulier faxen naar het AKL om een nieuwe test aan te maken, en dan aan de patiënt meegegeven naar de afdeling Radiologie.
  • Als deze werkwijze wordt gevolgd, kan de patiënt tijdig worden ingepland en hoeft deze niet onnodig te wachten.