Overweldigende opkomst Quartz symposium ouderenzorg

U bevindt zich hier: Home | Programma's | Kwetsbare Ouderen | Producten en nieuws | Verslag symposium ouderenzorg maart 2014

Overweldigende opkomst Quartz symposium ouderenzorg

Quartz symposium ouderenzorg

‘Samen kan het’

‘Sterke ouderenzorg: samen kan het!’ Een betere titel voor het symposium over ketensamenwerking in de ouderenzorg had het organiserende Quartz niet kunnen bedenken. Met een bijzonder boeiend programma als decor kwamen zo’n 150 professionals: van huisartsen en specialisten tot welzijnsmedewerkers; van beleidsmedewerkers en wethouders van gemeentes tot wijkverpleegkundigen en bestuurders van allerlei instellingen, afkomstig uit alle echelons van de  gezondheidszorg, op woensdag 12 maart naar het auditorium van het Helmondse Elkerliek ziekenhuis. De conclusie die aan het eind van het symposium kon worden getrokken was helder: zowel binnen als tussen het medische en het sociale domein wordt een goede onderlinge samenwerking dé uitdaging voor de toekomst. Met als uiteindelijk doel om de kwetsbare ouder wordende mens en zijn naaste in hun kracht te houden en waar nodig van een passende zorg en ondersteuning te voorzien.

Er waren meer aanmeldingen dan plaatsen. Dat zegt iets over de actualiteit van het onderwerp. En die actualiteit is logisch. De demografische statistieken liegen immers niet. De vergrijzing zal de komende jaren alleen maar toenemen, zeker ook in onze regio. Voeg daarbij de grote veranderingen in zowel financiering als organisatie, de sterk toegenomen verantwoordelijkheid van de gemeenten en de wens om zorg dichterbij de burger te organiseren, en het zal duidelijk zijn dat een herbezinning op de ouderenzorg niet meer dan logisch is.
Quartz, de transmurale ‘verbinder’ in de Peelregio, koos er bewust voor om niet alleen het medische domein te belichten, maar had nadrukkelijk ook oog voor een verbinding met het sociale domein. Achterliggende gedachte is dat een verbinding binnen én tussen die twee domeinen van groot belang is om te zorgen voor een goede, integraal georganiseerde ouderenzorg.

Niet op punt-nul

Huisarts Martin van den Bos, voorzitter van de Regionale Huisartsen Vereniging liet bij aanvang van het symposium al zien dat de Peelregio niet op ‘punt-nul’ begint. Binnen zorggroep Elan wordt in het najaar gestart met een nauwere samenwerking tussen huisartsen en wijkverpleegkundigen. Doel is om vooral preventief in te spelen op mogelijke problemen die kwetsbare ouderen ondervinden. De wijkverpleegkundige wordt in de nieuwe opzet ‘gevoed’ door de betrokken welzijnsinstelling en de gemeente. De huisarts is de andere spil rondom de patiënt met de wijkverpleegkundige als verbindende schakel. Het ligt in de bedoeling om steeds één wijkverpleegkundige  te koppelen aan een huisartsenpraktijk.

Sterker verbinden

Eerste key-note spreker tijdens het symposium was Juliette Parlevliet. Deze klinisch geriater van het AMC, tevens onderzoeker, presenteerde de uitstekende onderzoeksresultaten van de Transmurale Zorgbrug, een andere manier van organiseren van de verbinding tussen het ziekenhuis en thuis, die bij een drietal ziekenhuizen werd ingericht. De doelgroep bestond uit acuut in het ziekenhuis opgenomen ouderen. “Een extreem kwetsbare groep”, aldus Parlevliet. “Een vijfde deel daarvan overlijdt in de eerste drie maanden na opname en nog eens dertig procent krijgt te maken met een forse achteruitgang in het functioneren.”
Om de meest kwetsbare ouderen snel in beeld te krijgen werd gebruik gemaakt van een korte vragenlijst, de ISAR-HP, de Identification of Seniors at Risk – Hospitalized Patients. Het gaat hier om vier vragen. Bij patiënten die twee vragen of meer positief scoren wordt nader diagnostisch onderzoek gedaan op somatisch, psychisch, functioneel en sociaal gebied en wordt, samen met de patiënt, gekeken naar eventuele interventies en naar doelen die binnen die gebieden, zowel tijdens als na de opname door de patiënt worden nagestreefd. Dit wordt vastgelegd in een zorgbehandelplan.

Regie bij de patiënt

Parlevliet legde in haar betoog veel nadruk op de regierol van de patiënt én op een vroegtijdige samenwerking met de wijkverpleegkundige. Deze, hoog opgeleide verpleegkundige komt liefst in het ziekenhuis al kennismaken met de patiënt, om een soepele overgang naar de thuissituatie te vergemakkelijken. Na ontslag komt dezelfde verpleegkundige binnen 48 uur langs voor een eerste bezoek, met name om te kijken of er problemen zijn met de voorgeschreven medicatie en om de eventuele afstemming met mogelijke andere zorgverleners te coördineren.  Vervolgens komt de verpleegkundige in het eerste half jaar na ontslag nog twee of drie keer op bezoek om te kijken of het zorgbehandelplan, hét uitgangspunt voor handelen, nog actueel is. In die zes maanden begeleidt de verpleegkundige de patiënt bij het opnieuw oppakken van de eigen regie in het leven. De onderzoeksresultaten laten zien dat deze manier van het organiseren van de zorg leidt tot een afname van het sterftecijfer met 40%, een sneller herstel en afname van heropnames.

Vernieuwing sociale domein

Na dit voorbeeld van samenwerking in het medische domein was het de beurt aan José Manshanden, lid van de Directieraad van de gemeente Utrecht: een voorbeeld van good practice buiten de regio. In een bevlogen presentatie liet zij zien hoe in de gemeente Utrecht, zonder allerlei bureaucratische voorwaarden en met gesloten beurzen gedifferentieerd samengestelde sociale wijkteams zijn opgezet. Hier kunnen mensen in hun buurt terecht voor tijdelijke hulp en ondersteuning. Met deze ‘vernieuwing binnen het sociale domein’, zoals Manshanden het noemt, wil de gemeente ervoor zorgen dat een aantal goede professionals zoveel mogelijk preventief in een wijk aan de slag gaan om de zelfredzaamheid van de burgers te versterken en om de sociale basiszorg dichtbij te verlenen. Belangrijk daarbij is volgens de spreker de ruimte die de professionals krijgen om zelf de ondersteuning in de buurt vorm te geven. Als blijkt dat gespecialiseerde hulp nodig is, vervult het buurtteam een belangrijke rol bij de toegang tot aanvullende, gespecialiseerde of langdurige zorg en begeleiding.
In Utrecht is op experimentele wijze gestart met twee buurtteams. Het experiment heeft aangetoond dat het werken met buurtteams meer effect heeft en goedkoper is. Op dit moment zijn er al zes en het ligt in de bedoeling dat er vanaf 2015 teams zijn in de hele stad. De teams zoeken zelf actief het contact met de Utrechters via onder meer huisartsen, scholen en woningcorporaties.

Vervolg

Na een ruime pauze, waarin gelegenheid was voor netwerken  werd het symposium afgesloten met vier drukbezochte workshops waarin nadrukkelijk werd gesproken en gezamenlijk gebrainstormd over de belangrijke regierol in de zorg voor kwetsbare ouderen, de financiering van nieuwe structuren, de bijdrage van de verschillende spelers in het veld en het nut en de beperkingen van de Trazag, een instrument dat de probleem- en zorgvraag van ouderen in kaart brengt.
De slotconclusie van de avond, verwoord door medisch coördinator van Quartz, Ans Hendrikx, was al net zo helder als de titel die het symposium meekreeg. “Zet de cliënt en zijn systeem centraal en zoek vooral de verbinding met elkaar: samen kan het.”
Aan de hand  van de inhoud van het symposium en de kruisbestuiving tussen de verschillende onderdelen, bekijkt Quartz in de komende tijd op welke wijze het symposium het meest optimaal ingezet kan worden als impuls voor het doorontwikkelen van de zorg voor kwetsbare ouderen. We staan aan het begin van grote veranderingen. Uitdagingen ook. Uitdagingen die we samen aan moeten gaan, daarover waren alle aanwezigen het wel eens.

september 2012